Mechanische ventilatie op uw duivenhok??
Hoe belangrijk is het klimaat op het hok met betrekking tot het prestatievermogen? Dit artikel is geschreven in het najaar van 1980 en is toen verschenen in "De Brabantse Reisduif" de voorloper van "De Vredesduif". Het heeft toentertijd voor een revolutie in de hokkenbouw gezorgd en diverse firma's hebben het systeem sindsdien als mogelijke standaard in hun hokken geïnstalleerd. Ook de ontwikkeling van de verluchtingsinstallatie van de inmiddels wereldvermaarde Hilversumse duivencontainer is op de inhoud van het onderstaande artikel gebaseerd.
Inleiding.
Tijdens mijn laatste bezoek aan Hongarije, heb ik in Kaposvar kennis gemaakt met de bekende Duitse duivenfotograaf, Gerhardt Schlepphorst. Verschillende keren heb ik me met hem onderhouden over wie er nu in Duitsland of Nederland in het seizoen '79 het beste gepresteerd had. In zo'n gesprek ging op een keer de naam van Toni van Ravenstein uit Xanten over de tafel. Volgens mijn zegsman had deze liefhebber wekelijks de concurrentie op minuten gevlogen met meerdere duiven en het hok waar deze vogels op gehuisvest zaten was met zijn zogenaamde "Klima-Anlage"(mechanische verluchting) het beste wat hij ooit had gezien. Wat het begrip "Klima-Anlage" nu precies inhield kon hij niet zo een, twee, drie uitleggen, maar ik kon het maar beter met mijn eigen ogen eens gaan aanschouwen.
De kennismaking met Toni van Ravenstein uit het Duitse Xanten.
Een afspraak was snel gemaakt en op een mooie januaridag had ik het genoegen kennis te maken met Toni van Ravenstein, de man die in 1979 een wonderbaarlijk palmares bijeen wist te spelen. 13 vluchten stonden er op het programma van zijn Kring met de oude duiven. Op niet minder dan 7 van deze vluchten, allen betwist met een flink aantal duiven en zich afspelend op afstanden variërend van 175 tot 620 kilometer, behaalde Toni van Ravenstein de 1e prijs. Vijf maal wist hij maar liefst de 6 eerste prijzen weg te kapen. Er waren 2 vluchten bij waar de eerste 10 prijzen werden gewonnen. In mijn ogen fenomenale resultaten, waaraan de superduiven van de Belgische kampioenenformaties van Jules Rijckaert en Gust Hofkens aan ten grondslag liggen.
Een nieuwe manier van ventilatie op duivenhokken.
Maar ik was niet omwille van de uitslagen en de duiven gekomen, wat mijn gastheer erg verbaasde. Toen ik hem vertelde waar ik eigenlijk voor gekomen was, zijn we al spoedig naar de duivenzolder boven in het huis gegaan, waarin de "Klima-Anlage" geïnstalleerd was. De gehele installatie behelst een buizensysteem boven het plafond van de duivenafdelingen, waar door middel van een ventilator aan het uiteinde de lucht uit de hokken constant wordt afgezogen. De zolder zelf was geheel afgesloten om valse trek tegen te gaan en goed geïsoleerd om de temperatuur gemakkelijker te kunnen vasthouden. De buitenlucht komt de hokken binnen via verluchtingspijpjes langs beide zijden van het dak. De weg naar de "Klima-Anlage" is bewust zo lang mogelijk gemaakt opdat de luchtverdeling overal zo gelijkmatig mogelijk is. Het hok is geheel verwarmd en de temperatuur komt het gehele jaar niet onder de 15 graden Celsius. Als de temperatuur niet stijgt, is ook de relatieve vochtigheid onveranderlijk en wel zo rond de 65. Als de temperatuur buiten in de zomer stijgt, zakt de relatieve vochtigheidsgraad, maar die bedraagt nooit minder dan 55.
Zoals u bemerkt heeft, wordt op het hok van Van Ravenstein gestreefd naar steeds dezelfde omstandigheden, waarin de duiven het gehele jaar verkeren en dat is bijzonder belangrijk!
Wat is nu precies relatief vochtgehalte of RV ?
Het RV van de lucht is een getal dat aangeeft hoeveel % van de maximale hoeveelheid water bij een bepaalde temperatuur in de lucht kan worden opgenomen, dan wel aanwezig is. En die wetmatigheid kunnen we simpelweg van een hygrometer aflezen. Nog een paar dingen die voor een duivenliefhebber belangrijk zijn om te weten: voor duiven is de RV het gunstigst tussen de 60 en de 65. Een constante RV is daarom van groot belang met betrekking tot het handhaven van de vorm, want een te lage(onder de 40) of een te hoge(boven de 90) min of meer constante RV heeft een nadelige invloed op de gezondheidstoestand van de duiven. Verder is nog van belang dat de RV sterk afhankelijk is van de temperatuur. Temperatuurschommelingen brengen dus ook verandering van de RV met zich mee. Het is dus belangrijk dat we proberen op onze hokken de temperatuur enigszins te beheersen, want het is reeds lang een uitgemaakte zaak dat er bij bepaalde topprestaties van onze duiven, bepaalde optimale temperaturen behoren. De voederopname wordt minder, het lichaamsgewicht neemt af en onze duiven komen zoals het heet in vorm.
Door welke invloeden wordt het klimaat op ons duivenhok dan wel beheerst zult u zich afvragen.
Deze invloeden zijn:
- de temperatuur van de lucht; - het vochtgehalte van de lucht; - de samenstelling van de lucht; - de luchtbewegingen in het hok; - de verlichting van het hok.
Misschien is het ook interessant om te weten waarvan het afhangt om de temperatuur op ons hok te handhaven:
- de isolatie en het materiaal waarvan het hok gebouwd is; - de mate van ventilatie; - hoeveel duiven we op ons hok hebben zitten en de hoeveelheid warmte die ze met zijn allen produceren; - de mogelijkheid om met bijverwarming te werken.
Dat laatste is natuurlijk niet voor iedereen weggelegd, maar door de zon toegang tot onze hokken te verschaffen, komen we ook al een heel eind en dat is echt niet verkeerd.
Ik ben u wel aan het plagen met een aantal wetmatigheden, maar het is nu eenmaal niet anders als je wat verder op een aantal zaken in gaat. De bedoeling van dit artikel is om die liefhebbers, die in deze materie geïnteresseerd zijn, de gelegenheid te bieden er dieper, maar gefundeerd op in te gaan.
Wat voor doel heeft ventilatie?
a. De aanvoer van verse zuurstof voor de ademhaling; b. De door de mest geproduceerde gassen te laten afvoeren; c. De overtollige waterdamp te laten verdwijnen om het RV binnen de toelaatbare grenzen te houden; d. En tot slot: de overtollige warmte moet worden afgevoerd.
Het ventileren van ons duivenhok is het gehele jaar nodig om de zuurstoftoevoer en afvoer van gassen te kunnen handhaven. In de zomer zal bij een hoge buitentemperatuur, de ventilatie voornamelijk nodig zijn om de door de duiven geproduceerde warmte af te voeren. Bij een hogere temperatuur, is ook het zuurstofgehalte minder. De ventilatie zal dan een hoge capaciteit moeten hebben. Gedurende de winter wordt de ventilatie tot een minimum beperkt om de afgevoerde warmte zo gering mogelijk te houden. En die minimale ventilatie van het hok is weer afhankelijk van het stankniveau en de bezettingsgraad.
Hoe gaat ventilatie nu eigenlijk in zijn werk?
Een hoeveelheid lucht, die zich in een afgesloten ruimte bevindt, oefent naar alle zijden druk uit indien de temperatuur in die ruimte hoger is dan de buitentemperatuur. Bovendien wordt door de duiven, de zon, die in het hok binnendringt en de eventuele warmtebronnen in het hok, warmte geproduceerd. In het hok ontstaan met betrekking tot de temperatuur verschillende luchtlagen ten gevolge waarvan de warme lucht zal opstijgen. De onderste luchtlaag zal de koudste zijn en de bovenste het warmst. Maken we nu een verbinding met de buitenlucht, dan vindt een uitwisseling van lucht plaats. De warmere lucht zal ten gevolge van de grotere druk naar buiten wijken, er zal koudere lucht naar binnen komen en deze verdringt de warmere en lichtere hoklucht. Hierop berust het principe van natuurlijke ventilatie.
Waardoor wordt natuurlijke ventilatie nu precies mogelijk?
a. Door het verschil in temperatuur: dus het verschil in gewicht van de buitenlucht en de hoklucht. Is dit verschil in temperatuur groot, dan zal de uitwisseling snel geschieden en tengevolge daarvan heeft men een sterke natuurlijke ventilatie;
b. De ventilatiesnelheid wordt vergroot door het zgn. "schoorsteen effect". Dit effect berust op de eigenschap dat het drukverschil ook afhankelijk is van het hoogteverschil tussen klimaat- en luchtuitlaat opening. Dit verschil kan men vergroten d.m.v. kokers;
c. De winddruk. Aan de kant van het hok waar de wind vandaan komt, heerst een overdruk en aan de andere kant een onderdruk. Het zal duidelijk zijn dat als de ventilatie openingen niet voldoende afgeschermd of geregeld kunnen worden, dwars ventilatie door de winddruk ontstaat. Deze soort ventilatie is niet gewenst. We noemen dat gewoonlijk tocht. Het verdient aanbeveling om een hok zo te plaatsen, dat dit effect in verband met de meest voorkomende windrichting zo gering mogelijk zal zijn. Bij natuurlijke ventilatie blijft men sterk afhankelijk van de weersomstandigheden.
Aan welke eisen moet een goed ventilatiesysteem voldoen?
a. Het moet een goede luchtsamenstelling blijven handhaven; b. Het moet een goede luchtverdeling garanderen; c. Het mag geen tocht veroorzaken; d. Het systeem moet efficiënt en gemakkelijk regelbaar zijn.
En het ventilatiesysteem van Toni van Ravenstein beantwoordt aan vrijwel alle eisen, als ik ze punt voor punt nog eens nacheck:
a. De binnenkomende lucht wordt verwarmd en dus van veel vocht ontdaan. De RV is steeds hetzelfde; b. De weg van de luchtinlaat naar de openingen in de buis is erg lang. De lucht komt zo laag als mogelijk binnen langs de vloer. De hoeveelheid lucht, die door de openingen afgezogen wordt, is overal gelijk; c. Het kan stormen van jewelste, wat een overdruk oplevert, maar de overdruk zal de ventilator nooit meer lucht laten afzuigen dan dat hij al doet; d. Met de traploze regelaar kan elke gewenste hoeveelheid af te zuigen lucht, worden geregeld.
Als je bij hem op het hok bent, dan voel je ook dat het goed is. Ook de duiven is het aan te zien, dat ze het volledig naar de zin hebben. Toen de "Klima Anlage" nog niet geïnstalleerd was, had Toni zoals velen van ons, problemen met de verluchting en om het maar meteen te karakteriseren: met het klimaat op het hok. Na de installatie waren er enkele in het oog springende zaken te constateren:
Ongeacht het aantal duiven op het hok werden er geen ornithose achtige verschijnselen waargenomen; De duiven kenden ieder jaar een fantastische rui en de donsuitval was het gehele jaar door grandioos. Op de huid waren de duiven veel blanker dan andere jaren en de recuperatie na de vlucht verliep veel sneller dan voorheen. Dit laatste is te verklaren aan de hand van het feit, dat een duif veel zuurstof verbruikt in verhouding tot haar kleine lichaam. Op de meeste hokken is het in de zomer zo, wanneer binnen en buiten de temperatuur vrijwel gelijk is, dat de ventilatie vrijwel nihil is. Het is echter een vaststaand feit dat een wedstrijdduif dan juist veel verse zuurstof nodig heeft! Het instellen van de "Anlage" is ergens een gevoelskwestie. Toch is ook dat weer niet zo moeilijk te verklaren, want als mensen zich in een bepaalde ruimte niet prettig voelen, dan is dat wat de duiven betreft ook het geval. Het instellen gebeurt dus eigenlijk dagelijks. Want als de temperatuur buiten stijgt, dan: a. Wordt het zuurstofgehalte in de lucht minder; b. Verdampt er meer vocht en ontsnappen er meer ammoniakachtige gassen van de mest.
Eigen ervaringen.
Ik heb zelf ook een dergelijk verluchtingssysteem geïnstalleerd. Ik heb er nu een jaar mee gewerkt en bovenstaande conclusies komen voort uit bevindingen op twee verschillende hokken. Op een hok van nog geen 13m3 heb ik zelf meer dan 100 jongen gehuisvest gehad. Nog nooit had ik mijn jongen zo gezond, zo vlieglustig en ik heb niet een vuil neusje en niet een nat oog opgemerkt. Het eerste resultaat was overdonderend: 22 stuks werden geklokt op enkele minuten tijd. Omdat de rui door de perfecte gezondheid zo snel doorzette, heb ik verder maar weinig met ze gespeeld. Nu zullen er mensen zijn die hun vinger opsteken en zeggen: zie je wel! Voor hen is dit artikel dan ook niet geschreven. Ik heb slechts hun die in de materie geïnteresseerd waren, door alle facetten te belichten tot nadenken willen stemmen. Zij die verder willen gaan dan nadenken alleen, kunnen zich voor eventuele verdere informatie tot mij wenden. Het installeren en afstellen van zo'n verluchtingssysteem is echt geen kleinigheid en moet aan vakmensen worden overgelaten. Begin er daarom niet zo maar zelf aan!
Enkele belangrijke instructie aanwijzingen:
1. De totale hokinhoud moet in totaal 25 tot 30 maal per uur ververst kunnen worden. Dit is de hoogste stand, bij de hoogste temperatuur in de zomer en bij het meeste aantal duiven op het hok; 2. De ventilator moet dus een topcapaciteit hebben van 25 tot 30 maal de hokinhoud. Een overcapaciteit is geen probleem. Dit is beter voor de motor en het teveel kan teruggeregeld worden door de traploze regelaar; 3. De ventilator moet traploos regelbaar zijn; 4. Het hok moet geheel worden afgesloten en er moeten op de laagste punten, zover mogelijk bij de duiven vandaan, luchtinlaten worden gemaakt, waardoor de verse lucht kan binnenstromen; 5. De buis, waar de ventilator op aangesloten wordt, moet minimaal een doorsnede hebben van 25 cm. Bij een kleinere doorsnede maat wordt de luchtweerstand in de buis hoger, wat verlagend werkt op de capaciteit van de ventilator; 6. De oppervlakte van de doorsnede van de buis moet gelijk zijn aan de totaaloppervlakte van de gaten in de buis waardoor de lucht uit het hok in de richting van de ventilator wordt afgezogen! ; 7. Het eerste gat in de buis moet 30 cm2 groot zijn. Minder dan die grootte belemmert de werking. De volgende gaten lopen in verhouding van grootte gelijkmatig op; 8. Stel we hebben een totale oppervlakte van de doorsnede van de buis van 1000 cm2. In dit geval mag de totaaloppervlakte van de gaten in de buis diezelfde 1000 cm2 niet overschrijden; anders zouden alle volgende gaten immers niet werken. We weten de grootte van het eerste gat: 30 cm2. Dat is bijvoorbeeld 3x10 cm. Dan zijn de volgende gaten: 4x10 cm, 5x10, 6x10 etc tot de totaaloppervlakte van 1000 cm2 bereikt is. Op deze manier weet je hoeveel gaten er in de buis komen en dan is het alleen nog maar een kwestie van alle gaten zo gelijkmatig mogelijk over de buis te verdelen. Als de verhoudingen kloppen is de werking verzekerd.
Ik heb gekozen voor een ventilator van het merk Xpelair en de importeur ervan is de Firma Van Andel uit Delft. Voor eventuele informatie met betrekking tot de verschillende types en het vermogen ervan kunt u met hen contact opnemen. Tel: 015-2609969
Zij die het mechanische verluchtingssysteem op eigen hok willen installeren wens ik veel succes toe!
|