Het lijkt wel of sommige dingen in het leven zijn voorgeprogrammeerd. Na heel veel jaren ben ik die mening toegedaan. Mijn vrouw roept vaak: waarom duren dingen bij jou altijd zo lang?? Het had allang voor elkaar kunnen zijn. Voor sommige dingen in het leven neem ik inderdaad behoorlijk de tijd. En als de tijd er rijp voor is, dan lijkt het wel of zo maar alle schakeltjes ineens aan elkaar passen. Dan loopt alles als een trein. Vanzelf. Ik wacht daar bewust soms op. En als de tijd daar is dan moet je gelijk op de trein springen, meerijden en meeprofiteren. Dan gaat alles in vliegende vaart. Is dat dan toeval?? Nee, ik geloof er niet meer in!


Grondtuimelaars


Per toeval ben ik aan mijn baan in het AMC gekomen. Hiervoor ga ik bijna 25 jaar terug in de tijd. Een vage kennis, die ook duiven had, vroeg me eens bij hem te komen kijken. Ik er op de fiets naar toe. Dat was op een vrijdag in mei 1975. De maandag erop was al ik in dienst van het Wilhelmina Gasthuis op de proefdierenlocatie Muiderberg en was die vage kennis van de ene op de andere dag mijn baas geworden. Arie Fernhout heette hij en toendertijd kon hij zijn partijtje meer dan behoorlijk meedraaien. Zijn duiven had hij op zijn werk en na zijn pensionering ben ik hem uit het oog verloren. Hij is geloof ik ergens in de buurt van Maastricht gaan wonen. Zijn hokken werden daarna bevolkt met een soort sierduiven, grondtuimelaars, die rollende bewegingen over de grond maakten. Die waren eigendom van de K.N.O.-afdeling, die onderzoek deed naar het evenwichtsorgaan. Later kwamen er ook postduiven. Daar wilden de onderzoekers toen operaties aan de gehoororganen aan uitvoeren. Dat ging me toen teveel aan het hart en ben ik van baan veranderd, en kwam later via de polikliniek oogheelkunde in het AMC terecht waar ik nu applicatiebeheerder ben van een medisch administratief systeemdeel Uitleen genaamd.


De tank van Boerema


Ik zal u niet teveel vermoeien met de details van mijn automatiserings technische werk, maar uit hoofde daarvan kom ik wel overal in "huis" zoals wij intern de AMC-organisatie noemen, die aan zo'n 10.000 mensen werk biedt. Zij die wel eens wetenschappelijke artikelen lezen, zijn misschien wel eens een bijdrage tegengekomen die ging over de hyperpressietank van Prof. Boerema. Dat is een enorm stalen gevaarte wat in een bijgebouw van het AMC is geplaatst vlakbij de universiteitsuitgang bij mij om de hoek. In die enorme tank kan er met de luchtdruk worden gespeeld. Tegenwoordig worden er veel topsporters in behandeld. Want wat blijkt namelijk?? Sommige chronische blessures genezen veel gemakkelijker als topsporters geruime tijd onder verlaagde druk in die tank verblijven. Ik denk dat we onderhand heel Ajax-1 hier hebben binnen gehad. Onderlaatst zag ik sterspeler Jari Litmanen geregeld langs schuiven. Ze hoopten hem versneld te kunnen laten herstellen middels een dagelijks verblijf in de tank van Boerema om hem zodoende versneld in de return match tegen Spartak Moskou weer op te kunnen stellen.


Rintje Ritsma


De hyperbare geneeskunde is een afdeling die ik vanuit mijn werk onder mijn hoede heb. Vorig jaar was het één van de laatste afdelingen, die ik heb begeleid om de administratieve organisatie te stroomlijnen, één van de voorwaarden om in het Uitleen-project te kunnen participeren. Tijdens een voorlichtingssessie vorig najaar zag ik vanuit de bespreekruimte zich iets voor mijn ogen afspelen wat onmiddellijk mijn interesse trok. De grote deur van de metershoge hyperpressietank stond wagenwijd open en middenin zag ik neerlands grootste schaatsfenomeen Rintje Ritsma bewegingen maken, die erop leken alsof hij daar aan het schaatsen was. Maar dat kon dus niet. Ik had moeite om mijn presentatie verder gaande te houden. De chef werkplek had dat in de gaten, onderbrak me, en beloofde me later een en ander uit te leggen en te laten zien. Dat was natuurlijk niet tegen dovemans oren gesproken!


Geheimhouding


Ik geloof dat ik mijn presentatie achteraf wat al te vlot afraffelde om gauw om de hoek een kijkje te kunnen nemen naar wat "de beer van Lemmer" aan het doen was. Hendrik-Jan, de chef werkplek, legde het me allemaal uit. "Vroeger, zo begon hij, zou dit allemaal niet gekund hebben. Als wetenschapper Boerema dit wist, dan zou hij zich omdraaien in zijn graf. Maar de tijden zijn veranderd. De Haagse overheid heeft de geldkraan steeds verder dichtgedraaid en zijn wij verplicht geworden de hyperpressietank voor andere doeleinden te gebruiken dan alleen wetenschappelijke. Hij wordt onder meer verhuurd aan revalidatie artsen om er blessures sneller mee te kunnen laten genezen. Dat levert extern geld op en zo kunnen wij onze afdeling draaiend houden. De sponsors van Rintje Ritsma hebben de tank afgehuurd om er proeven in te doen die moeten aantonen of er materialen zijn die minder luchtweerstand ondervinden. Die willen ze dan gaan verwerken in de nieuwste schaatspakken. Rintje gaat voor goud op de Olympische spelen in Nagano. Dan is elke tiende van een seconde meegenomen en kan net de doorslag geven voor winst of verlies. Maar je moet wel beloven hier niets over naar buiten te brengen, want de Olympische Spelen moeten nog komen. Ze willen dan met de primeur komen. Niet eerder. Dus mondje dicht."


Wind, zeil en lintjes


Middenin de enorme tank van glimmend staal stond een breeduit lachende Rintje zich in het zweet te werken. Een schaatsbaan nabootsen in de tank dat ging niet. Er was een vloer gemaakt van glimmend, spiegelglad zeil. Daar bewoog Rintje zich al glijdend overheen, van links naar rechts. Er waren rubberen randen aan de zijkant om hem zachtjes af te remmen en tegelijk om zich er tegen af te zetten om weer op snelheid te komen richting andere kant. Alles ging in een behoorlijk hoog tempo. En wie stond Rintje aan te moedigen om er nog een schepje bovenop te doen?? Klaas Visser, bij ons duivenliefhebbers bekend als "de vliegende schaatscoach". Achterin de tank stond een enorme propellor te draaien, die ervoor zorgde dat Rintje behoorlijk de wind tegen had. Achter de rug van Rintje stond een frame opgesteld met allemaal horizontale en verticale dunne metalen draden erop gespannen. Daaraan waren weer losse draden, lintjes, bevestigd die met de bewegingen van Rintje op en neer meebewogen. Hendrik-Jan legde het uit: "kijk de lintjes die je ziet, die bewegen op de wind. De lintjes die vrij in de lucht bewegen oefenen een grotere trekkracht uit op de draden in het frame, dan die zich precies achter Rintje in de luwte bevinden. De metalen draden in het frame zijn verbonden met meetapparatuur en de metingsgegevens worden constant door geseind aan de computer hier". Op dat moment kreeg ik een ferme klap op mijn schouder van Klaas Visser. "'t Is wat allemaal hè, zei hij, waar ze allemaal mee bezig zijn hier. Als je maar wel je kop dicht houdt. Anders doe ik je wat". "Hoe is het met je duiven", vroeg ik. "Ik heb er nog wel wat, maar tijd hè", zei Klaas. En weg was hij weer. "Druk, druk, druk", riep hij me nog toe, we praten later nog wel eens".


Getallen in de schaduw


Op een groot beeldscherm bewoog zich een schaduw van links naar rechts in regelmatig, vloeiende bewegingen. Om die schaduw heen dansten allerlei getalletjes. Met de bewegingen van Rintje mee oplopend en afdalend. Hendrik-Jan: "wat we proberen vast te stellen is of er bepaalde materialen zijn die minder luchtweerstand ondervinden. Of dat materialen op een bepaalde manier geweven nog betere resultaten te zien geven. Op het moment zijn we al zo ver dat we een schaatspak aan het uittesten zijn wat van een bepaalde stof is en wat ook op een bepaalde manier geweven is. Waar we tevens achter zijn gekomen is dat het zelfs per schaatser kan verschillen. Kijk eens naar Rintje, die verplaatst aanmerkelijk meer lucht dan de veel minder zwaar gebouwde Ids Postma. Bij vrouwelijke schaatsers is het wéér anders. Je begrijpt vast wel wat ik bedoel, ha, ha, heel grappig is dat."


Nieuwe ontwikkelingen


Weken gingen er over heen voordat ik weer op de afdeling met de grote hyperpressietank moest zijn. Er moesten eerst wat speciale lijnen worden gelegd voor speciale barcodeprinters. De streepjescode is een essentieël onderdeel in de registratie van veel zaken in het AMC. Toen dat voor elkaar was, maakte ik een afspraak voor demonstratie en instruktie met Hendrik-Jan. En toen dat allemaal succesvol verlopen was gingen we weer even kijken bij de nog steeds voortzwoegende schaatsers in de grote tank. "Er zijn verassende, totaal nieuwe ontwikkelingen gaande, zei Hendrik-Jan op fluisterende toon. Het tijdperk van het uittesten van materiaal een weeftechnieken is passé, achter de rug. Ze zijn nu met iets totaal nieuws bezig". Hij liet me een klein rubberen, zigzag-vormig stripje zien. "Zowat het grootste staatsgeheim van dit moment. Zie je Rintje?? Hij heeft hier en daar van die stripjes op zijn pak bevestigd. En kijk hier heb je een computeranimatie van Rintje zonder strips en hier eentje met strips. Moet je zien wat een verschillen in luchtweerstand. Ze zijn ervan overtuigd dat dit op de 10 km een verschil van zeker 10 à 15 seconden oplevert ten opzichte van schaatsers die die strippen niet op hun pak hebben zitten. Wat ze nu aan het doen zijn is te variëren van plaats om er achter te komen wat de beste plaatsen zijn om de strips te bevestigen". 


Stilstand of achteruitgang


Wat evolueert de schaatssport toch enorm de laatste jaren. Eerst de klapschaats. Dat leverde al enorme tijdwinst op. Zij die niet met hun tijd meegingen kwamen achterin het peloton terecht. Iedereen rijdt nu zijn rondjes op de ovalen ijspiste met klapschaats. Nu gaan kleine rubberen stripjes hetzelfde veroorzaken. Ongelooflijk. In de duivensport hebben we in het klein eigenlijk hetzelfde meegemaakt. Vetter voeren, betekent meer energie. En de pinda deed zijn intrede. We gingen meer duiven kweken om er meer over te kunnen houden. Die konden we beter gezond houden als we beter verluchtten. En we gingen over tot mechanische verluchting op onze hokken. De laatste jaren vond het zelfs toepassing in de duivencontainers. De NPO sprak tijdens de laatste jaarvergadering zelfs over een nieuwe generatie duivencontainers die binnenkort zijn opwachting maakt. Er gebeurt dus eigenlijk best wel wat in duivenland.


Gedachtengang


Het idee dat schaatsers op de 10km met een paar simpele rubberen stripjes zoveel tijdwinst konden pakken liet me niet los. Ik belde Klaas Visser. Die vertelde me dat ze dachten dat mèt die stripjes, mèt klapschaatsen en mèt een speciale houding en techniek op de 10 km een tijd van tegen de 13 minuten rond tot de mogelijkheden behoorde. Als een duif 10 km in 13 minuten aflegt, schoot het door mijn hoofd, dan is dat een snelheid van plm. 800 mpm. Duiven vliegen veel sneller. Soms wel 1600 mpm. Het dubbele. Ondervinden ook het dubbele van de luchtweerstand die Rintje Ritsma op het ijs tegenkomt. Dan zou een duif elke 10 km, afhankelijk van de snelheid, plm. 20 seconden tijdwinst kunnen pakken. Op een afstand van 500 km is dat 1000 seconden ofwel een dik kwartier! Dat zou onvoorstelbaar zijn! Maar rubberen stripjes op duiven plakken, die zouden nooit blijven zitten. 


Why not try


Sommige gedachten laten zich gemakkelijk raden. Ditmaal door Klaas Visser: "waarom probeer je het niet eens uit?? De sponsor heeft het AMC voor 500 uur in de hyperpressietank betaald. Het projekt is inmiddels succesvol afgesloten. We hebben van de 500 maar 400 uur gebruikt. We zijn gestopt om reiskosten uit te sparen. Jij kunt vast met je collega's daar wel wat ritselen. Wie weet. En als je nu eens een oude nylonkous gebruikte om uit het mee uit te proberen. Eén gat erin voor de romp, één voor de staart en nog twee voor de vleugels. Met naald en draad een paar van die stripjes erop genaaid, er liggen er nog zat, en proberen maar". Ja, waarom eigenlijk niet?? Niet geschoten is altijd mis nietwaar??


Windtraining


Hendrik-Jan vond het meteen een schitterend idee. Na de intensieve testperiode met de schaatsers waren diverse van zijn collega's op wintersport vakantie gegaan en had hij weinig of niets te doen. De vraag was wat de duiven ervan zouden vinden. Ze zouden toch moeten wennen aan het tegen de wind in vliegen in de tank. Maar ze vonden het hardstikke leuk en bleven er gelijk al uren in vliegen tot onze grote verbazing. Thuis had mijn vrouw voor die 5 late duivinnetjes, die we voor de test gebruikten, een paar goed passende nylon hesjes genaaid met op de buik en op de rug enkele flinterdunne rubberen stripjes. In het hok hadden de duiven geen problemen met het dragen ervan. Nu nog in de winderige tank. Ook daar bleken de hesjes na urenlang vliegen nog steeds goed om het lijf heen te zitten. Op de computer konden we niet zo heel veel wijzer worden. Een duif is uiteindelijk maar klein, maar verschillen, die waren er zeker!


Het vervolg


De 5 laatjes werden thuis overgewend naar het hok van mijn a.s. weduwduivinnen. Die dames waarvan ik veel van verwacht het aanstaande seizoen. De laatjes hadden in het begin wat moeite met het harde trainen van de reeds geoefende ploeg, maar pakten de draad snel op. Toen volgde de proef op de som. Een training van de laatjes met strips samen met de andere duivinnen. En wat gebeurde er?? Na enkele minuten zonderden zich die 5 laatjes van de grote groep af en gingen apart verder trainen. En duidelijk zichtbaar met een veel hogere snelhied. Duivinnen trainen altijd al zoveel. Willem de Bruijn zegt dat ook. Maar die 5 laatjes trainden echt als bezetenen en duidelijk met groot plezier. Ik realiseerde me dat dit wel eens een grote revolutie in de duivensport te weeg zou kunnen brengen en dat er grote belangen op het spel stonden zo vlak voor het nieuwe vluchtseizoen. Hoe zouden mijn clubmakkers erop reageren?? Wat zou het afdelingsbestuur ervan vinden?? Ik vroeg Bram Walpot om advies. Zijn reaktie: "Jôh, daar moet je niets om geven. Denk eens wat dat wereldwijd kan opleveren. Wij regelen het wel met patenten, rechten en verkoop. Laat dat maar aan ons over. Iedereen kan bij ons voor informatie terecht. Heb jij geen geloop aan de deur. Vindt je dat okay??" Dat was een pak van mijn hart. Eén ding wist ik zeker: de duivensport gaat een nieuwe stap zetten. En ik zou zeggen: zorg dat u er meteen bij bent, dan vliegen ook uw duiven dit jaar van voren!


Oehoe


Schiphol heeft een enorme last van allerlei soorten trek- en standvogels. En iedereen weet wat voor gevaar dat voor de luchtvaart kan opleveren. Het verjagen van de volgels gebeurde eerst met knallen en vuurwerk, maar uiteindelijk hielp dat ook niet zo heel veel. Deze winter hebben ze iets nieuws geprobeerd. Men zocht de oplossing in de natuurlijke vijand: de roofvogel en daarvan hebben ze er in de buurt van Schiphol de nodige uitgezet. Inmiddels hebben de duivenliefhebbers daar in de buurt een plotselinge enorme overlast van roofvogels gekregen. En de nodige slachtoffers zijn gevallen. Bij Jack Spook kwam er zelfs al een binnen dineren. Hans van Grieken vertelde het me en kwam ook met een oplossing. Hij heeft een grote felgekleurde plastic Oehoe (de natuurlijke vijand van de meeste roofvogels) bovenop de hooiberg gezet. En geen last meer!! Ze maken gelijk rechtsomkeerd!! Hij kocht hem bij de Fa. E. Wielink uit Wilsum. Een minihint ook voor U? 


Koekoek


Ik vraag me af of iemand eens iets dergelijks heeft meegemaakt. Op mijn kweekhok heb ik een nieuw koppel geplaatst. De doffer een uitstekende vlieger. De duivin een laatje van '96. Nog nooit gekweekt. Ze kwam niet op eieren. Dus schoof ik er twee stenen eieren onder om haar weer tot rust te laten komen. Ook daarna kwamen er geen eieren in de broedschotel terecht. Wel elders. Bij het nalopen van de nesten was ik er bij twee, drie eieren tegen gekomen. Omdat er bij elk nest één opvallend groot ei in lag, heb ik dat weggegooid. Later gebeurde er nog een keer precies hetzelfde. Toen ging me een lichtje op: dat anderhalf jarige duivinnetje speelde voor koekoek! Haar eigen teruggelegde eieren accepteerde ze niet. Bij de derde ronde, toen ik precies in de gaten hield wanneer ze leggen moest, sloot ik haar op. Toen ging het wel goed. Heb u wel eens zoiets dergelijks meegemaakt??